Joël 2: 12- 18
2:12 | Nu, daarom, zegt de Heer: “Wees met heel je hart tot Mij bekeerd, in vasten en huilen en rouwen.” |
2:13 | En scheur je hart, en niet je kleding, en bekeer u tot de Heer, uw God. Want hij is genadig en barmhartig, geduldig en vol mededogen, en standvastig ondanks kwade wil. |
2:14 | Wie weet of hij zich kan bekeren en vergeven, en laat hem een zegen na, een offer en een plengoffer voor de Heer, uw God? |
2:15 | Blaas op de bazuin in Sion, een vasten heiligen, een vergadering bijeenroepen. |
2:16 | Verzamel de mensen, heilig de kerk, verenig de oudsten, verzamel de kleintjes en zuigelingen aan de borst. Laat de bruidegom uit zijn bed gaan, en de bruid uit haar bruidsvertrek. |
2:17 | Tussen de vestibule en het altaar, de priesters, de dienaren van de Heer, zal huilen, en dat zullen ze zeggen: "Sparen, O Heer, spaar uw mensen. En laat uw erfenis niet in ongenade vallen, zodat de naties over hen zouden heersen. Waarom zouden ze onder de volkeren zeggen?, ‘Waar is hun God?’” |
2:18 | De Heer is ijverig geweest voor zijn land, en hij heeft zijn volk gespaard. |
Tweede Korintiërs 5: 20- 6: 2
5:20 | Daarom, wij zijn ambassadeurs voor Christus, zodat God door ons heen vermant. Wij smeken u voor Christus: verzoend worden met God. |
5:21 | Want God heeft hem die de zonde niet kende, voor ons tot zonde gemaakt, zodat wij in Hem de gerechtigheid van God kunnen worden. |
6:1 | Maar, als hulp voor jou, Wij sporen u aan om de genade van God niet tevergeefs te ontvangen. |
6:2 | Want hij zegt: “In een gunstige tijd, Ik heb naar je geluisterd; en op de dag van de verlossing, Ik heb je geholpen.” Zie, nu is het gunstige moment; zie, nu is de dag van verlossing. |
Mattheüs 6: 1- 6, 16- 18
6:1 | "Let op, opdat u uw gerechtigheid niet ten overstaan van de mensen beoefent, om door hen gezien te worden; anders zul je geen beloning krijgen bij je Vader, wie is er in de hemel. |
6:2 | Daarom, als je aalmoezen geeft, kies er niet voor om voor uw ogen op een trompet te blazen, zoals de huichelaars doen in de synagogen en in de steden, zodat ze door de mensen geëerd kunnen worden. Amen zeg ik je, ze hebben hun beloning ontvangen. |
6:3 | Maar als je aalmoezen geeft, laat uw linkerhand niet weten wat uw rechterhand doet, |
6:4 | zodat uw aalmoezen in het geheim kunnen plaatsvinden, en je vader, die in het geheim ziet, zal je terugbetalen. |
6:5 | En als je bidt, je moet niet zijn zoals de hypocrieten, die ervan houden om in de synagogen en op de hoeken van de straat te staan om te bidden, zodat ze door mensen gezien kunnen worden. Amen zeg ik je, ze hebben hun beloning ontvangen. |
6:6 | Maar jij, als je bidt, kom je kamer binnen, en de deur gesloten hebben, Bid in het geheim tot je Vader, en je vader, die in het geheim ziet, zal je terugbetalen. |
6:16 | En als je vast, kies er niet voor om somber te worden, zoals de hypocrieten. Want zij veranderen hun gezichten, zodat hun vasten voor de mensen duidelijk mag zijn. Amen zeg ik je, dat ze hun beloning hebben ontvangen. |
6:17 | Maar wat jou betreft, als je vast, zalf je hoofd en was je gezicht, |
6:18 | zodat uw vasten niet zichtbaar zal zijn voor de mensen, maar tegen je Vader, wie is er in het geheim. En je vader, die in het geheim ziet, zal je terugbetalen. |