april 20, 2024

Handelingen 9: 31- 42

9:31Zeker, de kerk had vrede in heel Judea en Galilea en Samaria, en het werd opgebouwd, terwijl je wandelt in de vreze des Heren, en het werd vervuld met de vertroosting van de Heilige Geest.
9:32Toen gebeurde het dat Peter, terwijl hij overal rondreisde, kwam naar de heiligen die in Lydda woonden.
9:33Maar hij vond daar een zekere man, genaamd Aeneas, die verlamd was, die acht jaar in bed had gelegen.
9:34En Peter zei tegen hem: "Aeneas, de Here Jezus Christus geneest u. Sta op en regel je bed. En meteen stond hij op.
9:35En iedereen die in Lydda en Sharon woonde, zag hem, en zij werden tot de Heer bekeerd.
9:36Nu was er in Joppe een zekere discipel genaamd Tabitha, die in vertaling Dorcas wordt genoemd. Ze was vervuld van de goede werken en het geven van aalmoezen die ze tot stand bracht.
9:37En dat gebeurde, in die dagen, ze werd ziek en stierf. En toen ze haar hadden gewassen, ze legden haar in een bovenkamer.
9:38Aangezien Lydda dicht bij Joppa was, de discipelen, toen ik hoorde dat Peter daar was, stuurde twee mannen naar hem toe, hem vragen: "Wees niet traag om naar ons toe te komen."
9:39Toen Pieter, opstaan, ging met hen mee. En toen hij was aangekomen, ze brachten hem naar een bovenkamer. En alle weduwen stonden om hem heen, huilend en hem de tunieken en kledingstukken laten zien die Dorcas voor hen had gemaakt.
9:40En toen ze allemaal naar buiten waren gestuurd, Pieter, knielend, bad. En keert zich naar het lichaam, hij zei: Tabitha, ontstaan.” En ze opende haar ogen en, bij het zien van Peter, weer rechtop gaan zitten.
9:41En biedt haar zijn hand aan, hij tilde haar op. En toen hij de heiligen en de weduwen had geroepen, hij presenteerde haar levend.
9:42Nu werd dit in heel Joppa bekend. En velen geloofden in de Heer.

John 6: 61- 70

6:61Daarom, many of his disciples, bij het horen hiervan, gezegd: “This saying is difficult," En, “Who is able to listen to it?”
6:62Maar Jezus, knowing within himself that his disciples were murmuring about this, zei tegen hen: “Does this offend you?
6:63Then what if you were to see the Son of man ascending to where he was before?
6:64It is the Spirit who gives life. The flesh does not offer anything of benefit. The words that I have spoken to you are spirit and life.
6:65But there are some among you who do not believe.” For Jesus knew from the beginning who were unbelieving and which one would betray him.
6:66And so he said, “For this reason, I said to you that no one is able to come to me, unless it has been given to him by my Father.”
6:67Na dit, many of his disciples went back, and they no longer walked with him.
6:68Daarom, Jesus said to the twelve, “Do you also want to go away?”
6:69Then Simon Peter answered him: "Heer, to whom would we go? You have the words of eternal life.
6:70And we have believed, and we recognize that you are the Christ, de Zoon van God.”