april 21, 2012, Lezing

De Handelingen van de Apostelen 6: 1-7

6:1 In die dagen, naarmate het aantal discipelen toenam, kwam er een gemompel van de Grieken tegen de Hebreeën, omdat hun weduwen met minachting werden behandeld in de dagelijkse bediening.
6:2 En dus de twaalf, riep de menigte van de discipelen bijeen, gezegd: “Het is niet eerlijk voor ons om het Woord van God achter te laten om ook aan tafel te dienen.
6:3 Daarom, broers, zoek onder elkaar naar zeven mannen met een goed getuigenis, vervuld met de Heilige Geest en met wijsheid, die we over dit werk kunnen aanstellen.
6:4 Toch echt, we zullen voortdurend in gebed zijn en in de bediening van het Woord.”
6:5 En het plan beviel de hele menigte. En ze kozen voor Stephen, een man vol geloof en met de Heilige Geest, en Philip en Prochorus en Nicanor en Timon en Parmenas en Nicolas, een nieuwe aankomst uit Antiochië.
6:6 Deze zetten ze voor de ogen van de apostelen, en tijdens het bidden, ze legden hen de handen op.
6:7 En het Woord van de Heer nam toe, en het aantal discipelen in Jeruzalem werd buitengewoon vermenigvuldigd. En zelfs een grote groep priesters was gehoorzaam aan het geloof.

Opmerkingen

Leave a Reply