Kunnen 22, 2015

De Handelingen van de Apostelen 25: 13-21

25:13 And when some days had passed, king Agrippa and Bernice descended to Caesarea, to greet Festus.

25:14 And since they remained there for many days, Festus spoke to the king about Paul, gezegde: “A certain man was left behind as a prisoner by Felix.

25:15 When I was at Jerusalem, the leaders of the priests and the elders of the Jews came to me about him, asking for condemnation against him.

25:16 I answered them that it is not the custom of the Romans to condemn any man, before he who is being accused has been confronted by his accusers and has received the opportunity to defend himself, so as to clear himself of the charges.

25:17 Daarom, when they had arrived here, without any delay, op de volgende dag, sitting in the judgment seat, I ordered the man to be brought.

25:18 But when the accusers had stood up, they did not present any accusation about him from which I would suspect evil.

25:19 In plaats van, they brought against him certain disputes about their own superstition and about a certain Jesus, who had died, but whom Paul asserted to be alive.

25:20 Daarom, being in doubt about this kind of question, I asked him if he was willing go to Jerusalem and to be judged there about these things.

25:21 But since Paul was appealing to be kept for a decision before Augustus, I ordered him to be kept, until I might send him to Caesar.”

The Holy Gospel According to John 21: 15-19

21:15 Dan, toen ze hadden gegeten, zei Jezus tegen Simon Petrus, “Simon, zoon van Johannes, hou je meer van mij dan deze?' zei hij tegen hem, "Ja, Heer, je weet dat ik van je hou." Hij zei tegen hem, ‘Voed mijn lammeren.’

21:16 zei hij nog eens tegen hem: “Simon, zoon van Johannes, hou je van mij?' zei hij tegen hem, "Ja, Heer, je weet dat ik van je hou." Hij zei tegen hem, ‘Voed mijn lammeren.’

21:17 Hij zei voor de derde keer tegen hem, “Simon, zoon van Johannes, hou je van mij?Peter was erg bedroefd dat hij het hem voor de derde keer had gevraagd, "Hou je van mij?' En dat zei hij tegen hem: "Heer, jij weet alle dingen. Je weet dat ik van je hou." Hij zei tegen hem, ‘Voed mijn schapen.

21:18 Amen, amen, ik zeg je, Toen je jonger was, je gordde jezelf om en liep waar je maar wilde. Maar als je ouder bent, je strekt je handen uit, en een ander zal je omgorden en je leiden waar je niet heen wilt.’

21:19 Nu zei hij dit om aan te geven door wat voor soort dood hij God zou verheerlijken. En toen hij dit had gezegd, zei hij tegen hem, "Volg mij."

De Handelingen van de Apostelen 25: 13-21

25:13 And when some days had passed, king Agrippa and Bernice descended to Caesarea, to greet Festus.

25:14 And since they remained there for many days, Festus spoke to the king about Paul, gezegde: “A certain man was left behind as a prisoner by Felix.

25:15 When I was at Jerusalem, the leaders of the priests and the elders of the Jews came to me about him, asking for condemnation against him.

25:16 I answered them that it is not the custom of the Romans to condemn any man, before he who is being accused has been confronted by his accusers and has received the opportunity to defend himself, so as to clear himself of the charges.

25:17 Daarom, when they had arrived here, without any delay, op de volgende dag, sitting in the judgment seat, I ordered the man to be brought.

25:18 But when the accusers had stood up, they did not present any accusation about him from which I would suspect evil.

25:19 In plaats van, they brought against him certain disputes about their own superstition and about a certain Jesus, who had died, but whom Paul asserted to be alive.

25:20 Daarom, being in doubt about this kind of question, I asked him if he was willing go to Jerusalem and to be judged there about these things.

25:21 But since Paul was appealing to be kept for a decision before Augustus, I ordered him to be kept, until I might send him to Caesar.”

The Holy Gospel According to John 21: 15-19

21:15 Dan, toen ze hadden gegeten, zei Jezus tegen Simon Petrus, “Simon, zoon van Johannes, hou je meer van mij dan deze?' zei hij tegen hem, "Ja, Heer, je weet dat ik van je hou." Hij zei tegen hem, ‘Voed mijn lammeren.’

21:16 zei hij nog eens tegen hem: “Simon, zoon van Johannes, hou je van mij?' zei hij tegen hem, "Ja, Heer, je weet dat ik van je hou." Hij zei tegen hem, ‘Voed mijn lammeren.’

21:17 Hij zei voor de derde keer tegen hem, “Simon, zoon van Johannes, hou je van mij?Peter was erg bedroefd dat hij het hem voor de derde keer had gevraagd, "Hou je van mij?' En dat zei hij tegen hem: "Heer, jij weet alle dingen. Je weet dat ik van je hou." Hij zei tegen hem, ‘Voed mijn schapen.

21:18 Amen, amen, ik zeg je, Toen je jonger was, je gordde jezelf om en liep waar je maar wilde. Maar als je ouder bent, je strekt je handen uit, en een ander zal je omgorden en je leiden waar je niet heen wilt.’

21:19 Nu zei hij dit om aan te geven door wat voor soort dood hij God zou verheerlijken. En toen hij dit had gezegd, zei hij tegen hem, "Volg mij."

 

 


Opmerkingen

Leave a Reply