November 8, 2014

Lezing

The Letter of Saint Paul to the Philippians 4: 10-19

4:10 Nu verheug ik mij buitengewoon in de Heer, want eindelijk, na een tijdje, je gevoelens voor mij zijn weer opgebloeid, net zoals je je vroeger voelde. Want je was in beslag genomen.
4:11 Ik zeg dit niet alsof het uit nood is. Want dat heb ik geleerd, in welke staat ik ook ben, het is voldoende.
4:12 Ik weet hoe ik nederig moet zijn, en ik weet hoe ik overvloedig moet zijn. Ik ben op alles voorbereid, overal: ofwel om vol te zijn of om honger te hebben, hetzij om overvloed te hebben, hetzij om schaarste te verdragen.
4:13 Alles is mogelijk in hem die mij heeft gesterkt.
4:14 Toch echt, je hebt er goed aan gedaan door te delen in mijn beproeving.
4:15 Maar je weet het ook, O Filippenzen, dat aan het begin van het evangelie, toen ik uit Macedonië vertrok, geen enkele kerk deelde met mij het plan van geven en ontvangen, behalve jij alleen.
4:16 Want je hebt zelfs naar Thessalonica gestuurd, eenmaal, en dan een tweede keer, voor wat nuttig voor me was.
4:17 Het is niet dat ik op zoek ben naar een geschenk. In plaats van, Ik zoek de vrucht die in overvloed in uw voordeel is.
4:18 Maar ik heb alles in overvloed. Ik ben opgevuld, nadat ik van Epafroditus de dingen heb ontvangen die je hebt gestuurd; dit is een geur van zoetheid, een acceptabel offer, aangenaam voor God.
4:19 En moge mijn God al je verlangens vervullen, naar zijn rijkdom in heerlijkheid in Christus Jezus.

Evangelie

The Holy Gospel According to Luke 16: 9-15

16:9 And so I say to you, make friends for yourself using iniquitous mammon, zodat, when you will have passed away, they may receive you into the eternal tabernacles.
16:10 Whoever is faithful in what is least, is also faithful in what is greater. And whoever is unjust in what is small, is also unjust in what is greater.
16:11 Dus dan, if you have not been faithful with iniquitous mammon, who will trust you with what is true?
16:12 And if you have not been faithful with what belongs to another, who will give you what is yours?
16:13 No servant is able to serve two lords. For either he will hate the one and love the other, or he will cling to the one and despise the other. You cannot serve God and mammon.”
16:14 But the Pharisees, who were greedy, were listening to all these things. And they ridiculed him.
16:15 En hij zei tegen hen: “You are the ones who justify yourselves in the sight of men. But God knows your hearts. For what is lifted up by men is an abomination in the sight of God.

Opmerkingen

Leave a Reply